Een zielig troepje, in viezige T-shirts en spijkerbroek, de voorste met een vaandel in de hand, af en toe iets zingend op commando van de studenten er omheen, van wie de meisjes in zwarte rokken, de jongens met een lange zwarte jas en een das op half zeven. Dat verwacht je niet, midden in Baixa, in de Rua Augusta, waar Portugezen winkelen en toeristen wandelen.
‘Do you know what you’re looking at?’ Een keurige zestiger, met nette blauwe das en gouden brilletje, zag me kijken. Een ontgroeningsritueel. ‘Zoals in Oxford en Göttingen. Of Leiden,’ legde de Portugees uit.
Da’s toevallig, daar had ik gestudeerd.
En daar had hij een tijdje gedoceerd: hij was hoogleraar Recht. Of ik professor Schermers kende? Ja, die kende ik, die had een groepje uitblinkende studenten om zich heen, Moredenate, heette dat clubje. Ik was alleen meer van Moredenfiveandahalf.
Zelf was ik in Leiden ooit ook lid geworden van zo’n studentenvereniging. Zou goed zijn voor mijn carrière, nou dat hebben we gemerkt… Maar goed, ook ik werd onderworpen aan allerlei ontgroeningsrituelen. Zo at ik drie weken lang bloembollen, mocht ik al die tijd niet slapen en niet naar de WC, liepen we in oranje overalls, moesten we dubieuze oud-Russische liederen zingen en luisteren naar Rick Astley. Ook werden onze hoofden kaalgeschoren, wat bij mij nooit meer goed gekomen is.
Maar dat deden we binnen, die verschrikkingen kreeg de buitenwereld niet te zien, hoe nieuwsgierig die ook was (en middels bladen als Nieuwe Revu en Panorama elk jaar wel probeerde te infiltreren). In Amsterdam is dat weer anders. Daar fietste ik in groentijd wel eens door de Kerkstraat, waar kennelijk twee dispuutshuizen tegenover elkaar liggen, eentje voor jongens en eentje voor meisjes. Die trokken voor de gelegenheid gezamenlijk op en bekten ochtenden lang op straat stoer en schor hun feuten af.
Merkwaardig, maar typisch Amsterdams. Dacht ik. Niet dus: ook in het keurige Lissabon mag iedereen getuige zijn van rituelen die voor buitenstaanders op zijn minst gênant zijn. In Lissabon zou de ontgroening duren tot het einde van het jaar, vertelde de professor, bijna trots. Net als in Amsterdam. Of eigenlijk duurt die daar tot de eerste sneeuw valt. Wat in Lissabon dan weer onwerkbaar zou zijn.
p.s. Ik ben in Lissabon, om wat laatste handen te leggen aan het boek Youropeans. Waarover later meer.